Overzicht Jaarboek 2006
Ieder jaar sterven 1.500 mensen aan de ziekenhuisbacterie, en dat zijn meer slachtoffers dan er jaarlijks in het verkeer vallen. Panorama maakt een stand van zaken op.
*Canvas Panorama, 8 januari 2006*
Samenvatting van de televisie-uitzending
Door Wim Van den Eynde
‘In België is het beter om uit een ziekenhuis weg te blijven. Vele mensen komen zieker uit een ziekenhuis dan dat ze er zijn binnengegaan. Sommigen gaan zelfs rechtstreeks van dat ziekenhuis naar het kerkhof.’ Uitspraken als deze, die je regelmatig hoort in ons land, waren de aanleiding voor een reportage over ziekenhuisinfecties. Jaarlijks sterven meer dan duizend mensen als gevolg van ziekenhuisinfecties. Het aantal gevallen van blijvende invaliditeit is onbekend. De overheid is erg laks bij de bestrijding van dit probleem: er is bijvoorbeeld geen meldingsplicht voor infecties met de ziekenhuisbacterie MRSA in Belgische ziekenhuizen. De kans op dodelijke infecties is dus afhankelijk van het beleid van de ziekenhuizen zelf. Patiënt worden als te dom beschouwd om informatie over de risico’s te begrijpen.
De reportage onderzoekt de verspreiding van ziekenhuisbacteriën in Vlaamse ziekenhuizen. Het is een aanklacht tegen de geslotenheid van ziekenhuizen over dit probleem. Panorama toont aan dat we in Vlaanderen een perfide systeem hebben. Maatregelen om ziekenhuisinfecties te bestrijden zijn duur voor ziekenhuizen. Ze zullen niet spontaan de nodige investeringen doen, omdat zij niet opdraaien voor de nog veel grotere kosten van slecht beleid. Die kosten zijn niet voor hen, maar voor de gemeenschap. Daarnaast worden ziekenhuizen worden niet gedwongen om open te communiceren over de ziekenhuisbacterie. Commercieel is dat niet interessant, en zeker niet als patiënten besmet zijn.
De slachtoffers zijn de patiënten. Zij blijven achter met een levenslange handicap of sterven zelfs. Zonder kans op een eerlijke, open uitleg, of excuses, laat staan een schadevergoeding.
In een ziekenhuis in Vilvoorde zit zelfs een joekel van een schimmel op het plafond van het operatiekwartier. Dat is symptomatisch voor het gebrek aan goed hygiënebeleid in sommige Vlaamse ziekenhuizen. Verder blijkt uit interne cijfers van de administratie dat Vlaamse ziekenhuizen heel verschillend omgaan met ziekenhuisbacteriën. Een patiënt die op basis van deze informatie een keuze zou willen maken in welk ziekenhuis hij verzorgd wil worden, kan dit eenvoudigweg niet doen: de cijfers worden niet bekend gemaakt.
TOELICHTING
Een familielid van een van de collega’s van Panorama-reporter Wim Van den Eynde is gestorven door een MRSA-infectie. De redactie besloot het probleem te onderzoeken. Tijdens de voorbereiding haakten belangrijke getuigen af, waarna Van den Eynde besloot tot minder gebruikelijk methodes om het verhaal rond te krijgen. Zijn reportage zorgde ervoor dat Belgische ziekenhuizen voortaan verplicht zijn om MRSA-infecties te melden.
Door Wim Van den Eynde
We wisten eigenlijk niet veel, toen we aan een onderzoek naar de ziekenhuisbacterie begonnen.Behalve dit overlijden kenden we alleen geruchten. Geruchten die allemaal in dezelfde richting gingen: onrust over die mysterieuze en gevaarlijke ziekenhuisbacterie, waarover niemand eigenlijk precieze informatie heeft. We beschikten over krantenartikels, waarin incidenten gemeld werden. Ook hadden we enkele namen, van professor Goossens bijvoorbeeld, die al enkele jaren aan de alarmbel trekt.
De vraagstelling was vaag in het begin: Wat is dat toch met die bacterie, hoe erg is het probleem en wordt er iets aan gedaan? Gaandeweg is het onderwerp lichtjes bijgestuurd, omdat we merkten dat de geslotenheid van de ziekenhuizen deels oorzaak was van het probleem. Deze geslotenheid werd meer en meer in de kijker geplaatst.
We hadden weinig vooronderstellingen toen we begonnen. Dat er een probleem was, werd onmiddellijk door enkele ‘eenzame bestrijders’ bevestigd. De maatschappelijke relevantie deed ons snel beslissen om door te gaan met de reportage.
Ik ben begonnen om met tientallen mensen te praten die iets met de ziekenhuisbacterie te maken hadden. Zo is er een werkgroep van slachtoffers van medische fouten. Heel bereidwillige mensen. Ook sprak ik met dokters, mensen uit de administratie, ziekenhuisdirecties en verpleegkundigen. Vrij snel kwam het beeld naar voor van een overheid die berust en ziekenhuizen die heel zenuwachtig reageerden op onze vragen. Mijn belangrijkste bronnen waren dus mensen, die me mondeling informatie verschaften.
Anonimiteit
Officiële publicaties over het beleid heb ik ook geraadpleegd. Daaruit blijken veel goede intenties. Maar cijfers over prevalentie van MRSA waren er niet. Eén verpleegkundige wilde na enig aandringen vertellen over de toestand in zijn ziekenhuis in Vilvoorde, waar we de schimmel zijn gaan filmen. Ik heb geen smoezen gebruikt om informatie te krijgen, de enige ‘truc’ die ik heb gebruikt is mensen wijzen op het maatschappelijk belang van hun getuigenis. Ik moest hen volstrekte anonimiteit bieden.
Verder telefoneerden we naar ziekenhuizen, waarbij we de gesprekken te registreerden. Deze gesprekken gebruikten we in de reportage. Dit is eigenlijk onwettig, maar omdat het de uitgelezen manier was om de geslotenheid te tonen hebben we het toch gedaan. In de reportage gaven we alleen de namen van de betreffende ziekenhuizen, niet de namen van de personen aan de andere kant van de lijn. De stem stond dus voor een instituut, niet voor een persoon. Hoewel dit niet is toegestaan, ging mijn chef hiermee akkoord. Geen enkel ziekenhuis heeft na afloop juridische stappen ondernomen om dit te bestraffen.
Nagespeeld interview
Een van de problemen die we tegenkwamen, was dat een belangrijke getuige wilde afhaken. Hij werkte als verpleegkundige en vreesde voor zijn baan. We hebben hem volledige anonimiteit moeten garanderen, in de vorm van een gereconstrueerd interview. Dat betekent dat het interview nagespeeld wordt door een acteur, zodat de geïnterviewde honderd procent anoniem kan getuigen. De geïnterviewde krijgt het gereconstrueerde interview te zien voor de uitzending, en verklaart akkoord te gaan met de reconstructie. Een ongewone methode, die ons hier wel toelaatbaar leek. Uiteindelijk is een geschreven weergave in een krant of tijdschrift van een interview ook een soort reconstructie van een interview.
Tijdens het draaien haakte nog een andere cruciale contactpersoon af: de verpleegkundige die me zou wijzen waar de schimmel in het operatiekwartier zich bevond. Op het moment dat we ’s nachts het ziekenhuis zouden binnendringen, besloot hij niet meer mee te doen. Mijn chef had me gezegd dat ik onder geen beding alleen mocht binnengaan in dit ziekenhuis. Werd ik betrapt dan zou dit volgens de wet inbraak zijn. Mijn chef kondigde aan dat hij me in dat geval niet zou dekken. Toen mijn contactpersoon afhaakte, had ik de keuze om toch het risico te nemen, en iets onwettig te doen: binnendringen in een ziekenhuis. Of ik kon besluiten de schimmel niet te gaan filmen, waardoor de reportage minder sterk zou worden. Ik heb het risico genomen, heb ‘ingebroken’, heb enkele minuten gefilmd en ben ongezien weer buiten gekomen. Ik weet niet hoe ik dit probleem anders had moeten oplossen. Mijn contactpersoon was niet over te halen om mee te gaan. We vonden dat we absoluut beelden van die schimmel nodig hadden. Alleen de getuigenis van een werknemer die –anoniem- wou vertellen dat er een schimmel was, leek ons te zwak qua bewijskracht. We hebben de beelden van de schimmel getoond aan een expert, die in de reportage commentaar geeft op wat hij ziet. Dat maakt alles veel sterker en geloofwaardiger.
Schuldbekentenis
Naarmate het onderzoek vorderde vielen verschillende elementen als puzzelstukjes in elkaar. We stonden wel onder druk om de reportage af te maken. De deadline voor uitzending lag voor de start van het onderzoek al vast. Niet ideaal, maar in dit geval is dat niet echt een probleem geweest.
De reportage heeft behoorlijk wat weerklank gekregen. Het ziekenhuis in Vilvoorde dreigde onmiddellijk na de uitzending met juridische stappen, maar heeft die nooit gezet. Enkele dagen later riep de directie van het ziekenhuis de pers bij elkaar om te tonen dat de schimmel verwijderd was. Het feit dat ze geen juridische stappen hebben gezet, was voor ons een soort schuldbekentenis.
Een belangrijk gevolg van de reportage was ook dat de minister van Volksgezondheid enkele dagen na de uitzending besloot dat er een meldingsplicht komt voor ziekenhuizen. Ze moeten MRSA-infecties voortaan melden.
Ik heb tijdens deze reportage geleerd dat je je contactpersonen moet verzorgen, ze kunnen immers tijdens het proces afhaken. Daarmee kun je een cruciaal deel van de informatie kwijtraken. Psychologie is heel erg belangrijk. Je contactpersonen moeten het gevoel hebben dat ze in goede handen zijn. Dat betekent extra inspanningen, niet alleen je afspraken nakomen. Ze moeten het gevoel krijgen dat je als journalist niet aan ‘hit and run’ journalistiek doet, maar weet dat het om mensen gaat, die iets riskeren om je reportage sterk te maken.