Conferentie, Kenniscentrum

VVOJ2010 verslag: onderzoeksjournalistiek op het internet

Titel masterclass journalistiek: onderzoeksjournalistiek op het internet
Datum: 19 november 2010, 11:45-13:00 uur, besloten bijeenkomst voor studenten Arteveldehogeschool
Spreker: Paul Myers
Tekst: Delphine Bleyaert
Paul Myers is een BBC-journalist die onder andere werkt voor de programma’s ‘BBC Scotland News’ en ‘Panorama’. Ook treedt hij regelmatig op als consultant voor undercoverjournalistiek en verkennend onderzoek binnen de BBC. Hij staat dan ook bekend als de ‘webgoeroe’ van de BBC.
Deze reputatie doet hij tijdens de masterclass alle eer aan. Hij laat de studenten Journalistiek kennis maken met allerlei onderzoekstechnieken om informatie te weten te komen op het wereldwijde web of om mensen op te sporen.
Zo is iemand zijn e-mailadres, telefoonnummer, leeftijd of favoriete voetbalploeg effectiever dan een naam om te googelen. Op die manier is de kans groter om de persoon in kwestie op te sporen en zijn echte naam en eventueel adres te vinden.
Mensen opsporen via sociale netwerksites is ook een optie, maar tegelijk ook minder effectief dan via google.
Paul Myers geeft het voorbeeld van ene Larry. Deze naam levert in MySpace 500 resultaten op terwijl de zoekopdracht ‘Larry MySpace’ in google zo’n 700 resultaten opbrengt.
Een handig symbool om een zoekopdracht in google te verfijnen, is het symbool ~.
Met dat symbool voor de zoekopdracht te typen, geeft google andere woorden die gerelateerd zijn aan het woord dat je zoekt.
Een voorbeeld: je tikt ‘~ criminaliteit’ in google en de zoekmachine geeft niet enkel resultaten over criminaliteit weer, maar ook over politie en rechtspraak.
Een andere tool die Paul Myers de studenten aanreikte was het woord ‘OR’ integreren in de zoekopdracht.
Om terug te grijpen naar het voorbeeld van Larry, wordt dat: ‘Larry OR MySpace OR Facebook’. Zo worden resultaten bekomen voor beide netwerksites.
Om de naam van een persoon op een foto te vinden, is de achtergrond van de foto heel belangrijk.
Alle achtergrondinformatie zoals kaders, foto’s, posters, postkaartjes… kunnen essentieel zijn hiervoor. De informatie die daarop te vinden is, kan dienen als zoekobject in bijvoorbeeld google, MySpace en Facebook.
Paul Myers bracht de studenten ook nuttige websites bij. Zo is er bijvoorbeeld de website infobel.be die telefoonboeken uit de hele wereld samenbrengt.
Zo is iedereen zijn telefoonnummer binnen klikbereik, onafhankelijk van in welk continent de persoon woont.
Domaintools.com stelt de surfer in staat om de eigenaar achter een website te weten te komen. Als je bijvoorbeeld bbc.com ingeeft op deze website, krijg je alle informatie (naam, telefoonnummer, adres, e-mailadres,…) over de mensen die de website beheren.
Ook interessant bij domaintools.com is de mogelijkheid om de eigenaar van een willekeurige foto op het web op te sporen.
Neem nu een foto die je op Google vindt. Je klikt op de foto zodat hij vergroot weergegeven wordt. In de naam of de link in de domeinbalk bovenaan verwijder je het achterste stukje informatie (dat gaat meestal om enkele cijfers die aangeven de hoeveelste foto het is van de eigenaar) en kopieer je de overgebleven link in domaintools.com. Zo komt de eigenaar van de betreffende foto tevoorschijn.
Om de vorige tools in de praktijk te brengen, toonde Paul Myers de integratie van enkele ervan.
Zo tikte hij op Google ‘Martin Luther King’ in. Tussen de vele resultaten klikte hij www.martinlutherking.org aan, een website met veel informatie over hem.
Op de website was te lezen dat de site gemaakt was door Stormfront.
Paul Myers klikte daarop door en de studenten kregen te zien dat Stormfront een Neonazibeweging was. Daaruit konden we afleiden dat de website over Martin Luther King er een was tegen Luther King.
De volgend stap was www.stormfront.org ingeven in domaintools.be.
Dat leverde geen naam op maar wel een telefoonnummer. Myers probeerde met het nummer via Google de eigenaar te ontdekken, maar dat leverde geen resultaat op. Daarvoor had hij een oplossing: www.pipl.com.
Door het betreffende telefoonnummer daarin in te geven, kwam de naam en het adres van de eigenaar te voorschijn. Met deze informatie was het dan weer mogelijk om nieuwe informatie te vinden zoals bijvoorbeeld het Facebook- of MySpaceprofiel.
Een andere belangrijke website is www.archive.org. Met deze website is het mogelijk om terug in de tijd gaan en te zien hoe een willekeurige website er bijvoorbeeld tien jaar geleden uitzag.
Zo kun je ook alle informatie terug verkrijgen dat tegenwoordig niet meer gepubliceerd staat op internet, zoals allerlei software en foto’s.
Tot slot toonde Paul Myers nog enkele technieken om foto’s te onderzoeken op het internet.
Hij opende een foto van Barack Obama en een onbekende man op de achtergrond.
Myers wilde aantonen dat het mogelijk is om die onbekende man te identificeren. Dat kan via de website tineye.com.
Door het adres van de foto te kopiëren in de zoekbalk van deze website, krijg je allerlei andere websites waarop diezelfde foto te zien is. Die andere websites kunnen wel informatie bevatten over de man op de achtergrond. In dit voorbeeld was de onbekende man de premier van Turkije.
Als afsluitend voorbeeld toonde Myers een foto van de voetballer Rooney.
In de adresbalk bovenaan het tabblad stond de naam van de foto in de link. Het achterste deel van de naam was DSC_5510.jpg. De cijfercombinatie 5510 is hierbij belangrijk. Door deze te veranderen in bijvoorbeeld DSC_5511.jpg of bijvoorbeeld DSC_5512.jpg is het mogelijk om te foto’s van diezelfde fotograaf te zien die volgen op de eerste foto.
Deze extra foto’s kunnen ook bekomen worden via de tool ‘firefusk’.
Deze tool kan je bekomen door te klikken op de foto met de rechter muisknop. Zo opent er een nieuw tabblad met de volledige serie foto’s waaruit de betreffende foto genomen is.
Om het toe te passen op het voorbeeld van de foto van Rooney: met de tool ‘firefusk’ kan de surfer alle collectiefoto’s met Rooney zien die de fotograaf op een specifiek ogenblik genomen heeft.
Paul Myers voegde er wel aan toe dat als hij deze tool gebruikt in het kader van zoekopdrachten voor de BBC, hij eerst toestemming moet vragen aan zijn opdrachtgever of baas omdat het gebruiken van ‘firefusk’ vergelijkbaar is met inbreken in de privacy van anderen.

Gerelateerde artikelen

conferentie-1x

De onderzoeksjournalistiek bloeit, dat bleek wel tijdens de wederom uitverkochte VVOJ Conferentie 2024. Maar liefst 500 deelnemers waren vrijdag 15 en zaterdag 16 november bijeen in de prachtige locatie De Doelen in Rotterdam. Bijna twee keer zoveel als een paar jaar geleden.

Sluit je aan bij de vereniging van onderzoeksjournalisten

En vergroot je kennis én netwerk