Jaarboek

Special Forces in Afghanistan en Irak

Argos, VPRO, De Ochtenden, 14 mei 2004

Het meest geheimzinnige onderdeel van de Nederlandse steun aan de Amerikaanse oorlogsvoering

Door Huub Jaspers

Of het nu gaat om Srebrenica, de rechtvaardiging van de NAVO-bombardementen op Kosovo, de Amerikaanse steun aan Albanese rebellen in Macedonië of omstreden wapenleveranties aan Indonesië: het VPRO-radioprogramma Argos heeft een reputatie opgebouwd als het gaat om onderzoeksjournalistiek over Defensievraagstukken. Een reputatie en een internationaal netwerk. Dit leidt regelmatig tot onthullingen en politieke opschudding. Zo ook de Argos-uitzending over geheime operaties van Nederlandse Special Forces. Nederland bleek – in tegenstelling tot wat officieel verkondigd werd – de Irak-oorlog ook militair te ondersteunen. Fragmenten uit de uitzending.

(…)
Rob de Wijk:
Special Forces zijn kleine, zeer gespecialiseerde eenheden, die in staat zijn om zich verdekt op te stellen, niet gezien te worden en geheime operaties uit te voeren tegen een vijand die zelf ook moeilijk te vinden is. (…) Het zijn de elitetroepen van elke krijgsmacht. Dat geldt in Nederland met name voor het Korps Commandotroepen, het KCT.

(…)
Tekst Argos
Volgens defensiedeskundige professor Rob de Wijk van Instituut Clingendael zetten de Amerikanen alle bondgenoten onder druk, ook bondgenoot Nederland, om Special Forces te leveren, voor Afghanistan én Irak. De vraag is nu waaróm de Amerikanen dit doen. Heeft dit te maken met de verliezen – doden en gewonden – aan Special Forces, die zij in beide oorlogen hebben geleden? (…) Weten we eigenlijk hoe groot de verliezen zijn, hoeveel mensen van die Special Forces in die twee oorlogen gesneuveld zijn of gewond geraakt zijn?
Rob de Wijk:
Ik heb ze nooit kunnen vinden en ik weet ook niet of die berekeningen ooit zijn gemaakt.

(…)
Argos-presentator
We nemen een échte insider in de arm, een voormalige Special Forces-officier, die vele jaren bij de Special Forces van een van de NAVO-landen heeft gewerkt, en ook aan speciale militaire operaties heeft meegedaan. Hij wil ons helpen, onder voorwaarde dat hij anoniem blijft. Samen met hem grazen we het Internet af. We vinden een Website van een Amerikaanse organisatie die opkomt voor de belangen van veteranen. De website bevat een lijst met de namen van alle gesneuvelde Amerikanen en in veel gevallen vrij gedetailleerde aanvullende gegevens, afkomstig van de Amerikaanse strijdkrachten zelf. Bij een aantal van die namen staat de Special Forces-achtergrond gewoon direct vermeld. Bij andere namen moeten we met de gegevens die we hebben verder zoeken op het Internet. Via zoekmachines komen we op tal van websites terecht: plaatselijke Amerikaanse kranten, militaire websites, veteranenorganisaties enzovoorts. Zo kunnen we achterhalen dat een aanzienlijk aantal van de gesneuvelden bij de Special Forces hoorden. Onze anonieme voormalige Special Forces-officier vat de resultaten van de naspeuringen samen.
Voormalige Special Forces-officier (ingelezen door VPRO-stem)
Omdat we verschillende gegevens met elkaar in verband wilden kunnen brengen moesten we een bepaalde peildatum nemen. Dat is 20 april 2004. Tot die dag zijn van de 105 gesneuvelde Amerikaanse militairen in Afghanistan 53 afkomstig van de Special Forces. Dat is meer dan 50%. In Irak zijn tot die peildatum 712 Amerikaanse militairen gesneuveld, en daarvan hoorden zeker 61 tot de Special Forces. Dit betekent dat in Irak bijna 9% van de gesneuvelden bij de Special Forces hoorden. Bij elkaar opgeteld kwamen tot 20 april 2004 in de oorlogen in Afghanistan en Irak zeker 114 Amerikaanse Special Forces-militairen om het leven. Daarnaast zijn er nog zo’n 30 gesneuvelden, waarvan ik vermoed dat ze bij de Special Forces hoorden, maar omdat we dat niet met zekerheid hebben kunnen vaststellen, hebben we die buiten beschouwing gelaten. Overigens hebben we om het niet nog ingewikkelder te maken alleen gekeken naar de Amerikaanse verliezen. Bij de Britten bijvoorbeeld is het percentage Special Forces onder de gesneuvelden in Irak bijna dubbel zo groot als bij de Amerikanen. Maar ook dat hebben we buiten beschouwing gelaten.
Argos-presentator
Moeilijker wordt het als we proberen te achterhalen hoeveel Special Forces gewond zijn geraakt in Afghanistan en Irak. Alle ernstig gewonden, die uit Irak en Afghanistan moeten worden geëvacueerd, gaan naar één ziekenhuis: het Landstuhl Regional Medical Center in Duitsland, het grootste Amerikaanse militaire hospitaal buiten de Verenigde Staten. Daar gaan wij naartoe.

(…)
Argos-presentator
Ook de gewonde Special Forces worden dus naar Landstuhl gebracht. Maar wij mogen absoluut niet met hen praten. Ze worden afgeschermd van de media. Ook kan ziekenhuis-woordvoerder Shaw ons niet vertellen, hoeveel Special Forces tot nu toe vanuit Irak en Afghanistan naar Landstuhl zijn gebracht. Ze kan wel vertellen hoeveel medische evacuaties er in totaal zijn geweest:
Ziekenhuis-woordvoerder Marie Shaw
We have a total of over 13.000 patients until now. Over 2.300 out of Afghanistan and 11.400

(…)
Argos-presentator
We weten nu hoeveel militairen er in totaal naar het ziekenhuis in Landstuhl zijn overgevlogen. En ook kennen we het percentage Special Forces onder de gesneuvelden. Daarmee kunnen we voor de gewonden een berekening maken. De voormalige Special Forces-officier die ons helpt bij onze naspeuringen, vindt het geoorloofd om er van uit te gaan dat het percentage Special Forces onder de oorlogspatiënten in Landstuhl ongeveer even groot zal zijn als onder de doden. En zo komen we op een schatting van 1.134 om medische redenen uitgevallen Special Forces in Afghanistan en 978 in Irak. Als we daar de 114 doden bij optellen, dan komen we op een totaal aan Amerikaanse verliezen onder de Special Forces van meer dan 2.200. We leggen deze berekening voor aan Rob de Wijk.
Rob de Wijk
Dat is een gigantisch aantal, temeer omdat het aantal Special Forces in de wereld niet zo groot is. (…)Mijn berekeningen waren dat er pakweg 4.000 tot 6.000 echte Special Forces waren binnen de NAVO. (…)Op alle bondgenoten wordt op dit ogenblik druk uitgeoefend om Special Forces te leveren. Wat dat betreft is jullie berekening van de verliezen echt een openbaring. Want het betekent dat het een verklaring is waarom de Amerikanen dat doen. De verliezen zijn gewoon veel te groot.
Argos-presentator
Op onze speurtocht komen we in contact met een aantal mensen uit het internationale circuit van de inlichtingendiensten en Special Forces. En onafhankelijk van elkaar geven ze ons nieuwe informatie over de rol van de Nederlandse Special Forces. Om veiligheidsredenen moeten ze anoniem blijven. Een officier die betrokken is geweest bij de stabilisatiemacht ISAF in Afghanistan, vertelt:
Voormalige ISAF-officier (ingelezen door VPRO-stem)
Er waren in de tijd waarin Nederland samen met Duitsland het commando voerde over ISAF ook Nederlandse commando’s in Afghanistan. Een aantal daarvan maakte deel uit van de Kabul Multi National Brigade, die zich in het kader van ISAF bezighield met speciale beveiligingstaken, arrestaties, speciale patrouilles en dat soort zaken. Maar een deel van de Nederlandse commando’s was overduidelijk niet in Afghanistan voor ISAF maar voor ‘Enduring Freedom’. (…) Het kwam voor dat er op het hoofdkwartier een telefoontje binnenkwam voor een van de Nederlandse commando’s en dat dan zelfs de stafchef van ISAF de ruimte moest verlaten. Het was duidelijk dat dat dan ging over Enduring Freedom.
Argos-presentator
Een bron bij een militaire inlichtingendienst uit een bij ISAF betrokken land bevestigt dat Nederlandse commando’s actief waren in Enduring Freedom. Hij voegt daaraan toe:
Inlichtingen-officier 1 (ingelezen door VPRO-stem)
Er bestaan allerlei dwarsverbanden tussen ISAF en Enduring Freedom. Dat kan ook niet anders. Maar deels is het heel onduidelijk waar de ene operatie ophoudt en waar de andere begint. Die onduidelijkheid is bewust gecreëerd, zodat ISAF deels als dekmantel kan worden gebruikt voor operaties in het kader van Enduring Freedom.

(…)
Argos-presentator
Een bron bij de Britse Special Forces vertelt ons het volgende:
Britse Special Forces-bron (ingelezen door VPRO-stem)
In maart 2003, bij het begin van de oorlog tegen Saddam, hebben Nederlandse commando’s de Amerikanen in het noorden van Irak geholpen bij de opening van het tweede front. Nadat de Turkse regering geweigerd had om Turks grondgebied ter beschikking te stellen voor de Amerikaanse opmars, moest in allerijl een luchtlandingsoperatie worden voorbereid. (…) Voor deze operatie waren veel Special Forces nodig en daarbij kregen de Amerikanen hulp van Special Forces van verschillende bondgenoten, waaronder de Britten maar ook de Nederlanders. De leiding was in handen van de 720ste Amerikaanse Special Tactics Group, die onderdeel is van de 5e Special Forces Group.
Argos-presentator
Een inlichtingenofficier uit een ander westers land bevestigt tegenover ons dit verhaal. Met cynische ondertoon voegt hij eraan toe:
Inlichtingenofficier 2 (ingelezen door VPRO-stem)
Waarom denkt u dat bij de eerste grote persconferentie door de hoogste Amerikaanse generaal Tommy Franks in Qatar een Nederlandse officier op het podium stond? Dat was echt niet alleen vanwege de verbale steun die de Nederlandse regering Bush had gegeven.

(…)
PvdA-woordvoerder Bert Koenders:
Als dat waar zou zijn dan heeft de regering een groot probleem.
D66-woordvoerder Bert Bakker
Het gaat niet alleen maar om het parlement, het gaat ook om een groot deel van de regering, dat hier vaak niks vanaf weet.

Gerelateerde artikelen

De alweer vijftiende editie van het VVOJ Jaarboek Onderzoeksjournalistiek is vrijdag 6 april gepresenteerd tijdens de Avond van de Onderzoeksjournalistiek in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam. In deze jubileumuitgave een speciaal katern met kleurenfoto’s waarop ANP-fotografen een jaar onderzoeksjournalistiek in beeld brengen.
Voor haar Jaarboek Onderzoeksjournalistiek 2017 zoekt de VVOJ een eindredacteur. Ben jij een ervaren bladenmaker? Heb je een scherpe eindredactionele blik? Ben je lid van de VVOJ en beschik je over de talenten die nodig zijn om een enthousiaste vrijwillige redactie te begeleiden? Lees dan vooral verder.

Sluit je aan bij de vereniging van onderzoeksjournalisten

En vergroot je kennis én netwerk