Nieuws

Open brief: Vlaanderen verdient meer en betere onderzoeksjournalistiek

9657122085_824cf94913_k

Vrije media en kwalitatieve journalistiek zijn onontbeerlijk om de democratie overeind te houden. Zeker in turbulente tijden als deze waarin achterdocht het haalt op engagement.

Dat vond ook de Belgische expertengroep inzake fake news en desinformatie in 2018. Die hedendaagse kwalen moet je niet enkel bestrijden met fact checks, maar vooral met goede journalistiek. ‘Kwaliteitsjournalistiek en kwaliteitsmedia kunnen desinformatie aan het licht brengen en er tegenwicht tegen geven. De financiering van initiatieven om kwaliteitsjournalistiek te bevorderen is dan ook belangrijk’, klonk het.

Daarom hebben burgers van allerlei achtergronden, overtuigingen en levensstandaarden belang bij onafhankelijke media die investeren in volhardende, kwalitatieve en onverschrokken journalistiek. En bij een overheid die dat financieel ondersteunt. 

De afgelopen legislaturen leken zowel het Belgische als het Vlaamse beleid eerder in de industrie geïnteresseerd dan in de inhoud. De federale overheid heeft honderden miljoenen in de grote mediabedrijven en hun papieren producten gepompt via de distributiesteun, maar gaf niet thuis als het op steun aan inhoudelijk journalistiek werk aankwam. Dat was gemeenschapsmaterie. 

Het gebrek aan overheidssteun voor bijzondere journalistiek komt bovenop de krimpende advertentie-inkomsten en de steeds grotere concurrentie van buitenlandse media en online aanbod.  En het weegt in Vlaanderen nog meer omdat de lezersmarkt hier uitgesproken klein is en er haast geen private ondersteuningsfondsen bestaan. 

De Vlaamse regering voorzag in 2022 480.000 euro voor het Fonds Pascal Decroos, het voornaamste Belgische journalistieke fonds. In 2023 was 35 procent van de middelen nodig voor de werking van het fonds, de rest heeft het besteed aan een héle waaier van onderzoeksjournalistieke projecten in Vlaanderen: geschreven, video, audio, digitaal, datagedreven, grote kranten, nichemedia, productiehuizen enzovoort. Dat steekt schril af tegen de bijna 12 miljoen euro aan innovatiesteun die Vlaamse minister voor media Benjamin Dalle in datzelfde jaar in zo’n 18 projecten investeerde.

Het contrast met Nederland is nog groter. De Nederlandse regering investeert jaarlijks zo’n 7 miljoen euro in het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek en het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten, twee fondsen die de specifieke taak hebben om die financiële overheidssteun onder de Nederlandse onderzoeksjournalistiek te verdelen. Dat betekent dat Nederland per inwoner zesmaal meer investeert in onderzoeksjournalistiek dan Vlaanderen. Als we het financieringsniveau van Nederland willen evenaren, zou de Vlaamse overheid er jaarlijks minstens 2,75 miljoen euro voor opzij moeten zetten.

Het argument dat het geld op is, gaat in deze niet op. Meerdere studies hebben aangetoond dat de maatschappelijke baten groter zijn dan de kosten die nodig zijn voor een financieel gezond en onafhankelijk journalistiek ecosysteem. Elke euro die in onderzoeksjournalistiek wordt geïnvesteerd, levert volgens verschillende economen de samenleving meer dan 100 euro aan allerhande sociaaleconomische winsten op. Dat noemt men ook wel een investering.

Bovendien kan de bijzondere en onderzoeksjournalistiek in Nederland niet enkel terecht bij de fondsen die door Den Haag gefinancierd worden. Een citaat uit het recente onderzoek van de VVOJ – de Vlaams-Nederlandse vereniging voor onderzoeksjournalistiek – naar de staat van de onderzoeksjournalistiek in Nederland en Vlaanderen: ‘In Nederland zijn de afgelopen jaren diverse lokale mediafondsen van de grond gekomen, waar journalisten kunnen aankloppen voor financiering van hun onderzoeksprojecten. Denk aan Leiden, Haarlem, Amstelveen, Tilburg, Arnhem en Amersfoort. Ook zijn er provinciale fondsen gekomen in Zuid-Holland, Noord-Brabant en Utrecht. Op die manier zijn er meer mogelijkheden gekomen om lokale en regionale onderzoeken gefinancierd te krijgen.’ Niets van dat alles is voorhanden voor de Vlaamse journalisten. Die worden door de vele overheden in dit land, maar ook door filantropische initiatieven nog altijd geacht te leven van hun roeping en overtuiging.

Het is dan ook geen wonder dat de jury van de jaarlijkse Vlaams-Nederlandse prijzen voor onderzoeksjournalistiek – de Loep – telkens vaststelt dat er relatief weinig inzendingen uit Vlaanderen komen. Bovendien hebben de Vlaamse inzendingen moeite om met hun Nederlandse collega’s te concurreren omdat die laatste er veel meer middelen en ruimte voor krijgen. Dat is op de eerste plaats de verantwoordelijkheid van de mediahuizen – die niet echt mogen klagen over de steun die ze van overheidswege krijgen – maar het is zeker ook de verantwoordelijkheid van het Vlaamse beleid. 

De ontoereikende overheidsfinanciering voor journalistiek in Vlaanderen gaat in tegen Europese aanbevelingen die België zelf onderschreef. Het Comité van Ministers van de Raad van Europa publiceerde in februari 2019 een uitgebreide verklaring over de financiële duurzaamheid van kwaliteitsjournalistiek in het digitale tijdperk. Daarin roepen de lidstaten van de Raad, waaronder België, op om kwaliteitsjournalistiek te erkennen als een publiek goed en ook financieel te ondersteunen. De Raad noemt in het bijzonder onderzoeks-, regio- en grensoverstijgende journalistiek. Ook de OESO – de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling – beschouwt journalistiek als publiek goed en vindt het de taak van de overheid om daarin te investeren. 

Ons land onderschrijft steeds zulke aanbevelingen, maar volgt ze onvoldoende op met concrete beleidsacties. Dat moet anders. Om Vlaanderen mee te laten profiteren van die brede socio-economische baten die voortvloeien uit onderzoeksjournalistiek, moet de Vlaamse overheid daar structureel meer financiële steun voor voorzien.

Met deze open brief willen we dan ook onze volle steun geven aan de oproep zoals die te lezen valt in het Memorandum van de Strategische Adviesraad voor Media voor de perioden 2024-2029: ‘De burger heeft recht op betrouwbare informatie, vrijheid van pers en vrije meningsuiting. Daarin speelt journalistiek een zeer belangrijke rol. Daarom is het noodzakelijk om zowel onderzoeksjournalistiek als onafhankelijke journalistiek te stimuleren en te beschermen.’ En verder: ‘Ondersteun onafhankelijke journalistieke initiatieven, onder meer door tenminste een gewaarborgde en duurzame financiering van de fondsen zowel voor onderzoeksjournalistiek als onafhankelijke journalistiek.’

Overigens kijkt de VVOJ niet enkel naar de overheid om onderzoeksjournalistiek beter te ondersteunen. Ook de mediabedrijven zelf hebben een verantwoordelijkheid en moeten aan de bak, net als de redacties. Het argument dat kranten of media in Vlaanderen te klein zijn om structureel in onderzoeksjournalistiek te investeren, wordt tegengesproken door de vele regionale kranten in Nederland die wél over een onderzoeksredactie beschikken, zoals De Limburger, De Gelderlander, Eindhovens Dagblad of het Brabants Dagblad. Wat aan gene kant van Maas en Waal kan, moet ook hier mogelijk zijn. Dat veel Nederlandse media intussen in handen zijn van Vlaamse mediagroepen maakt het extra bevreemdend dat er in de Vlaamse media blijkbaar geen ruimte is voor structurele investeringen in onderzoeksjournalistiek.

2024 is een mondiaal verkiezingsjaar, en op weinig plaatsen van de wereld wordt zo veel gestemd als in Vlaanderen of België. Op heel veel plaatsen ‘staat de democratie op het stembiljet’, schrijven de media. Dat geldt inderdaad ook voor Vlaanderen. Partijen, en straks onderhandelaars, zouden er goed aan doen van meet af aan duidelijk te maken dat ze, ongeacht de uitslag en de partijpolitieke verhoudingen die in 2024 ontstaan, de komende jaren veel meer willen inzetten op het versterken en verdedigen van kritische, diepgravende journalistiek. Echte democratische maturiteit verdraagt niet enkel een sterke vierde macht, ze vraagt erom. Het gevoerde beleid tot nu voldoet duidelijk niet om onderzoeksjournalistiek in Vlaanderen breed, volgehouden en met stijgende kwaliteit te beoefenen. Het moment om daaraan iets te doen, is nu.

Namens:

De Loep-jury 2024 (Erik Raspoet, Samira Ataei, Ruben Brugnera, Jeroen Trommelen, Joga Brouwers, Hansje Van de Beek, Bijou Van der Borst, Karlijn Saris en Gie Goris)

Bestuur van de VVOJ (Evert de Vos, Vincent Weggemans, Débora Votquenne, Willemijn Sneep, Jef Poortmans, Karel Degraeve, Coco Gubbels, Mira Sys, Marcia Nieuwenhuis)

“Als we het financieringsniveau van Nederland willen evenaren, zou de Vlaamse overheid er jaarlijks minstens 2,75 miljoen euro voor opzij moeten zetten.”

Gerelateerde artikelen

De VVOJ presenteert op de eerste Regiomiddag in 2025: een podcast die de Vlaamse onderwereld induikt, een succesvolle Vlaams- Nederlandse journalistieke samenwerking, een kersvers Brabants nieuwsplatform en 10 tips voor AI Tools.

Sluit je aan bij de vereniging van onderzoeksjournalisten

En vergroot je kennis én netwerk